De Man in het Ermenegildo Zegnapak

 

Manuel Kneepkens - Noordermaasberichten
Nummer 203 - 13 juli 2021

 


 

 

De Man in het Ermenegildo Zegnapak

 

 

Nederlandse schrijvers kleden zich bedroevend slecht, volgens Arno Kantelberg, hoofdredacteur van lifestyle magazine Esquire. “Schrijvers, stijl zit ook in uw kleding!” Eigenlijk kon alleen Jules Deelder op Kantelbergs bewondering rekenen.

“Terwijl zijn collega’s in de jaren zeventig lang en onbestemd haar droegen, kamde hij het plat naar achteren. Hij onderscheidde zich ook met zijden shawls, monocle, en korte fluwelen jasjes, altijd op z’n Italiaans, zonder split van achteren. Zijn directe voorgangers zijn Harry Mulisch en Couperus, geaffecteerde ijdeltuiten, dandy’s, tot leven gekomen romanpersonages.”

Voor der rest van schrijversbent geldt volgens Kantelberg, met name voor Arnon Grunberg en Ilja Leonard Pfeiffer ( ‘de Zigeunerkoning van Genua’) : “ Het lijkt soms wel alsof er voor schrijvers een taboe op rust om met hun uiterlijk bezig te zijn, alsof je dan oppervlakkig bent. ”

Kleding interesseert schrijver dezes niet. Ik besteed er in elk geval weinig aandacht aan. Waarschijnlijk ben ik zeer out of fashion.. Het zal wel.

Twaalf jaar lang leidde ik de Stadspartij Rotterdam. Lijstduwer was de dandy Jules Deelder. ‘Lijstdouwer’ noemde hij zichzelf. Nooit een onvertogen woord van zijn kant over mijn outfit gehoord.

Dat was wel anders met die andere dandy, die toentertijd mijn levenspad heeft gekruist. En die met de rechtervleugel van mijn partij naar de horizon verdween… Ik heb het over Pim Fortuyn. Allereerst vertrok partijvoorzitter Ferry Veen ( ‘Fast Ferry’). Op de voet gevolgd door Ronald Sørensen en Barry Madlener. Beiden later, na het debacle van de LPF, nog hoog gestegen in Wilders’ PVV, de een als senator, de ander als Europarlementariër. Ronald Sørensen is inmiddels nog verder naar rechts opgeschoven. Hij noemt zich tegenwoordig Trump-aanhanger. Trump-aanhanger in Nederland, hoe ver heen kun je zijn!

Ik had toentertijd een column in HN, Hervormd Nederland (dat weekblad bestaat inmiddels niet meer ) Daarin had ik geschreven, en dat woord ‘dartelt’ nog steeds over het internet: “Fortuyn is een fascist in Armani-pak!” . Dat klinkt hard. Maar over het rechtspopulisme hangt nu eenmaal het de schaduw van het fascisme, zoals over het socialisme en communisme de schaduw van het Stalinisme hangt en over de Islam de schaduw van het Jihadisme. En, last but not least, over het liberalisme de schaduw van het kapitalisme.

Het is zaak voor de vertegenwoordigers van bovengenoemde stromingen, die schaduw zo klein mogelijk te houden. Helemaal verdwijnen zal die nooit, de mens is nu eenmaal niet enkel goed. Maar ik heb niet de indruk dat de hedendaagse rechts-populistische leiders Geert Wilders en Thierry Baudet ook maar enige moeite doen om hun schaduwkant in te tomen. Integendeel. Zij spreken o.a. openlijk hun bewondering uit voor een autocraat als Poetin en onderhouden warme contacten met ultrarechtse bewegingen als Alt Right in de VS. Van zulke mensen heeft de democratie weinig goeds te verwachten.

Over die column in Hervormd Nederland werd ik toentertijd door Pim Fortuyn gebeld: “ Jij weet ook niets van Fashion! Dat is je trouwens aan te zien. Je kleedt je beroerd. Dat is geen Armani-pak, dat ik draag, dat is een Ermenegildo Zegna-pak!” ‘O, ik dacht dat je over het woord Fascist gevallen was…’ ‘Ja, dat ook!’

Niet het onverzorgde uiterlijk van sommige schrijvers is het probleem in Nederland maar het desastreus optreden van dandy’s in de vaderlandse politiek. In het kielzog van dandy Pim zijn dat heden dandy Geert en dandy Thierry.

Dandy's maken geen onderscheid tussen zichzelf ( de kunstenaar) en zichzelf (het kunstwerk). Zij transcenderen hun narcisme niet.

In de 'Mens in opstand' schetst Albert Camus het beeld van de dandy aldus.: “Iemand die per definitie de confrontatie zoekt...” Camus had toen hij hij dit schreef de dandy in de literatuur voor ogen. Maar het geldt voor de dandy in de politiek misschien nog wel meer. “De dandy kan zich alleen een plaats verwerven door zich tegenover de ander te stellen. De ander is zijn spiegel. Een spiegel die al snel beslaat. Want het menselijk vermogen tot aanhoudende aandacht is beperkt. De dandy is daarom gedwongen steeds te verbazen. Zijn roeping ligt in het buitenissige, de overdrijving”

Geert Wilders is van het edele drietal, het minst dandyesk. Maar het is een dandy niettemin. Een Limburgse Indischjongen, die zijn haar geel verft Waarschijnlijk om maar meer Hollander dan de Hollanders te zijn, meer kaaskop dan de kaaskoppen!. ( Wat hebben rechtspopulisten toch met raar haar? Zie Trump. Zie Boris Johnson) Thierry Baudet die op een piano pingelt, die hij het Tweede Kamergebouw in heeft laten takelen, waarboven een lavendelzakje gehangen, waaraan hij nu en dan ruikt, en… een naaktfoto van zichzelf zet op Instagram, gaat aanzienlijk verder richting totale dandy, nl. om ons, niet-dandy's continu te verbazen. “ De corona is een maar een griepje”. En Recent : “9/11?. Dat kan zo niet gebeurd zijn”. Het complotdenken ten top.

Maar over die curieuze vormen van dandy- vertoon hoor je de hoofdredacteur van Esquire niet.

Maar misschien had ik toentertijd Pim Fortuyn gevatter kunnen antwoorden, toen aan de telefoon, met een befaamd woord van Picasso. Jean Cocteau, ook al zo’n dichter-dandy, viel zijn vriend de schilder nogal eens lastig over diens ‘eenvoudige’ klederdracht. Picasso placht daarop te antwoorden; “Jean, als de Edele Delen maar bedekt zijn, dat is ruim voldoende voor een èchte man!”.

Inmiddels is van Ilja Leonard Pfeijffer de roman Grand Hotel Europa verschenen. Daarin is de hoofdpersoon een schrijver geheten Ilja Leonard Pfeijffer. Hoe alter ego kun je het hebben...? Die Pfeijffer leeft zich werkelijk extreem uit in modieuze pakken en schoenen. Fortuyn is er niets bij. Deelder al evenmin. Een enkel voorbeeld ¹, maar zo zijn er talloze passages te vinden in het boek:

Ik trok mijn zwarte pak aan van Carlo Pignatelli met het roze overhemd dat ik nog in Genua had latten maken door mijn kleermaakster op Via Cannetto il Lungo, een zijden stropdas met roze bloemmotief op een zwarte achtergrond van de Antica Cravatteria van Roberte Failla in Palermo, goudkleurige manchetknopen, een goudkleurige dasspeld en mijn zwarte schoenen van Melvin & Hamilton....

Betreft het hier een Kantel(berg)punt? Heeft de Zigeunerkoning van Genua zich de kritiek aangetrokken? Of wordt hier subtiel de spot gedreven met de precieusheid van zijn criticus, de Esquire-hoofdredacteur? Ik, klederdracht Sjaalman, houd het op het laatste!

Een reactie:

Thom Holterman: Wat je vermeldde over Jules Deelder doet mij denken aan een soort poëzieavond in de Korenbeurs (Schiedam) waar Jules Deelder optrad. En ik ook. Deelder was toen gekleed in een bepaald corduroy jasje van een bijzonder groene kleur. In de Schiedamse editie van het Algemeen Dagblad werd in de recensie over die avond over Jules Deelder gesproken als ‘Japie de Krekel’ Ik denk dat het eind zestiger jaren was.

¹ Ilja Leonard Pfeiffer, Grand Hotel Europa, Arbeiderspers, Amsterdam, blz 353

 

 

Manuel Kneepkens

 

 

terug «

 
     


 

Noordermaasberichten

Van tijd tot tijd stuurt Manuel Kneepkens (Heerlen, 1942) ons een bericht vanuit zijn woonplaats Rotterdam

lees alle berichten hier »