Grafschrift voor King Kong

Manuel Kneepkens - Noordermaasberichten
Nummer 04 - 1 september 2009

 


 

Grafschrift voor King Kong

Mij is gevraagd om als schrijver (Grafschrijver?) aandacht ter besteden aan Grafschriften, maar… …verreweg de meeste graven hebben géén grafschrift! Wie, zoals ik recent heb gedaan, de Algemene begraafplaats Crooswijk bezoekt, kan tot geen andere conclusie komen.
Jammer, maar het is niet anders. Of…gaan we er iets aan doen?
Ik pleit er bij dezen vurig voor, dat minimaal hier op Crooswijk, althans één bepaald graf alsnog een grafschrift krijgt. Aan het einde van mijn verhaal zal ik een voorstel doen hoe dat grafschrift dan zou moeten luiden.
Het gaat mij om het graf van Christiaan Lindemans, de roemruchte ‘dubbelspion’ eind Tweede Wereldoorlog, vanwege zijn reusachtige gestalte bijgenaamd King Kong.
.
Het verhaal gaat dat het er toentertijd op het hoofdkwartier van de toenmalige Binnenlandse Strijdkrachten die onder opperbevel stonden van prins Bernhard zur Lippe Biesterfeld, nogal loslippig toeging.
Daardoor kon King Kong Lindemans, die voor Bernhard diende als topkoerier, gemakkelijk op de hoogte raken van Market Garden. De militaire operatie, bedoeld om bij Arnhem de Rijn te oversteken, richting Duitsland. Deze informatie wordt King Kong geacht doorgespeeld te hebben aan de Duitsers. Gevolg: de Slag om Arnhem, de oversteek van de Rijn, werd een mislukking. Honderden doden vielen voor niets.
Bovendien werd de opmars van de Westerse geallieerden zodanig vertraagd, dat de Russen eerder in Berlijn waren. Plus dat ze een groter stuk van Duitsland wisten te veroveren - de latere DDR - dan Churchill en Roosevelt lief was.
Berlijn’s wankele positie sindsdien tijdens de Koude Oorlog, de bouw van de Muur, Kennedy’s befaamde “Auch ich bin ein Berliner!“ etc. het komt allemaal rechtstreeks voort uit het mislukken van Market Garden en dus uiteindelijk uit het verraad van Lindemans.

Maar het graf van Christiaan Lindemans op Crooswijk ligt er vredig en verlaten bij. Niets verwijst daar naar diens cruciale rol in de Tweede Wereldoorlog. Zijn grafsteen wijkt wat tekst betreft op geen enkel wijze af van de grafstenen rondom. Het vermeldt naam, geboortedatum en sterfdatum. Meer niet. Zelfs het woord “King Kong” staat er niet op.

Schraal gedoe ten opzichte van een Rotterdammer, die nog steeds tot de verbeelding spreekt. De literaire verbeelding bepaald niet uitgezonderd. Niemand minder dan Willem Frederik Hermans wijdde een toneelstuk aan hem, uiteraard “King Kong” geheten. En recent nog scheidde thrillerschrijver Thomas Ross een dikke pil af over Christiaan Lindemans en zijn tijd. Al gaat dat geschrift eigenlijk meer over Prins Bernhard, het vaste bête noir van deze schrijver. Deze roman heet eveneens King Kong.

Eigenlijk heeft Rotterdam in Christiaan Lindemans iemand met de status van ‘mythische figuur’. Niet meer een niet minder. Misschien speelt daarbij een rol zijn vernoeming naar die mythische figuur bij uitstek, want geheel verzonnen, de monsteraap King Kong. Hoofdrolspeler in de gelijknamige rolprent van C.M. Cooper en Ernst B. Schoedsack, dat summum van Hollywood-edelkitsch, uitgebracht in het crisisjaar (!) 1933…. Tegenspeelster van de aap was daarin de hyperblonde May Wray (“I’ts beauty that killed the beast”). In de loop der jaren zijn er diverse remakes van deze zeer succesvolle film gemaakt maar de 1933-King Kong hebben zij nooit kunnen doen vergeten. Dat is een cultfilm geworden. Voornamelijk om zijn vertederende horkerige animatie. De scène waarin King Kong - duidelijk een poppetje - langs een regenpijp het Empire State Building in New York opklimt, is onvergetelijk!
Om een forse joint bij te roken. …Wat overigens zeer gebruikelijk was in de Jaren Zestig, toen de oer-King Kong herhaaldelijk in het cicuit van de nachtbioscopen is hervertoond. Schrijver Dezes herinnert zich de dikke, prikkelende marihuanawalm van toen, die het bioscoopscreen praktisch verduisterde, maar al te goed.

King Kong leeft!
Zo was er, na de oorlog het hardnekkige gerucht, kenmerkend voor mythische figuren ::Hij Leeft!” .. Lindemans ligt niet op Crooswijk begraven… “Het lijk van iemand anders is in Lindeman’s kist gestopt!.
Ja, men wist het stellig, King Kong zou vlak na de oorlog naar Zuid Amerika hebben weten te ontkomen. Via een ex-Nazi route. Volgens ‘betrouwbare’ getuigen zou hij herhaaldelijk gesignaleerd zijn in Argentinië (op de ranch van de van de vader van Maximà Zorreguieta, zeker…).

Daarmee verkeert King Kong in goed gezelschap, namelijk van niemand minder dan Elvis Presley. Sinds diens overlijden in 1977 duiken immers hardnekkig alsmaar opnieuw ‘ooggetuigen’ op, die zweren dat zij de King of Rock’n Roll in een achterafstraatje van Memphis, Tennessee in levende lijve hebben gezien.
En recent, niets nieuws onder de zon… Michael Jackson is nog geen twee maanden koud, of ja hoor, daar-gaan -we-weer. Hij leeft! Hij is gezien!.
De mensen willen mythes, steeds opnieuw mythes, het lijkt of de werkelijkheid ze werkelijk geen reet. interesseert.

De Tweede Wereldoorlog is inmiddels lang voorbij, maar de geruchten over King Kong’s afwezigheid in het graf op Crooswijk zijn altijd gebleven. Ja, ze werden, jaar in jaar uit, alleen maar sterker. Ze werden zelfs dermate hardnekkig, dat in 1982 (!) op last van Bram Peper, toen burgemeester van Rotterdam, (1) het graf geopend werd.
King Kong bleek er wel degelijk in te liggen. Lindemans was tijdens zijn leven een roekeloos motorrijder geweest en op een gegeven moment hardhandig in botsing gekomen met een lantaarnpaal. Daarbij had hij allerlei botbreuken bij opgelopen. Die botbreuken bleken nog goed herkenbaar te zijn in het opgegraven gebeente. Einde verhaal!

Einde verhaal?
Stel dat ik een thrillerschrijver was à la Thomas Ross. Dan zou ik zeggen: nu begint het pas!
Is het graf van Lindemans werkelijk enkel geopend om, bijna veertig jaar na dato van zijn overlijden, de identiteit van zijn gebeente vast te stellen? Zeer onwaarschijnlijk. Is er niet iets anders aan de hand?
Daar is immers òòk nog het gerucht dat Lindemans de beschikking had over de zgn. Stadhoudersbrief, althans een kopie daarvan, en dat hij daarmee hij vast van plan was Prins Bernhard te chanteren.
Die zgn. Stadhoudersbrief zou in 1942 door Bernard aan Hitler geschreven zijn. Daarin zou prins Bernhard het voorstel hebben gedaan om hem, Bernhard, samen met zijn echtgenote Juliana, tot stadhouders te benoemen van Nederland. Nederland zou dan onder hun bewind een min of meer onafhankelijke positie mogen innemen in das Dritte Reich..In het heetst van de Tweede Wereldoorlog - de Slag om Stalingrad was nog volop aan de gang - was zo’n brief niets minder dan een staaltje van hoogverraad.
Of die brief werkelijk geschreven is…? Thrillerschrijver Thomas Ross is van het bestaan ervan overtuigd. De historicus Aalders die onderzoek heeft gedaan naar het bestaan van die brief, voert in zijn boek namen van mensen op die beweren de brief te hebben gelezen. Helaas, waren al die getuigen allemaal al overleden op het moment dat Aalders zijn onderzoek deed. Aalders moest het doen met getuigenissen uit de tweede hand.” Mensen die mensen gekend hebben, die de brief zeiden te hebben gezien .
Aalders’ conclusie: het bestaan van de Stadhoudersbrief kan niet worden bewezen, maar het niet-betaan kan dat evenmin. Een patstelling.

Nu doet zich het volgende voor. Het toenmalig onderkomen van fasmilie Lindemans te Crooswijk blijkt hemelsbreed niet zo ver verwijderd van de Prins Bernhardkade in Hillegersberg.
Die straat heeft uiteraard pas na de Tweede Wereldoorlog die naam gekregen. Daarvoor heette hij heel anders. Toen waren daar immers in de villas aldaar de gezinnen ondergebracht van de leidinggevenden van het Nazidom in Rotterdam, de SS, de SD, etc. De straat heette toen, volgens mijn zegsman… Stadhouderskade.
Wat als die brief nou eens niet Stadhoudersbrief heette, maar Stadhouderskadebrief, omdat die brief toentertijd op last van de Prins door dubbelspion Lindemans op de Stadhouderkade gepost moest worden? En stel dat Lindemans van die brief een kopie had gemaakt,ja, misschien wel de hele brief domweg niet heeft verstuurd, maar onder zich gehouden, om er zoals al gezegd, na de oorlog de Prins mee te chanteren? Nu, dan was het klaar als een klontje waarom de exhumatie van Lindemans nodig was. Om te kijken of Lindemans de brief met zich mee in het graf heeft genomen, natuurlijk!
Quod non.
Althans in het Rapport door de deskundigen van het Forensisch Laboratorium te Rijswijk opgemaakt over Lindemans’ exhumatie valt daarover niets te lezen.

Dan rest er nog één mogelijkheid. De brief is verstopt ergens op een van de adressen aan de huidige Prins Bernhardkade.
Nu doet zich het geval voor dat mij goede vriend Ben Herbergs een jaar geleden naar de Prins Bernhardkade is verhuisd..
Hem legde ik de hypothese voor dat de de zgn, Stadhoudersbrief misschien wel eens in zijn huis verstopt kon zijn. Ben dacht van niet. Het huis was voor de verhuizing grondig uitgebroken, vertimmerd en schoongemaakt. Als er ergens iets verstopt was geweest, dan was dat bij die gelegenheid wel gebleken. In zijn tuin dan, misschien? Ja, nu je het zegt ...Hem was een eigenaardige verhoging achter in de tuin opgevallen. Een onduidelijk soort heuveltje. Zou daar?
Fluks werd de schop ter hand genomen, en zowaar, na enig graafwerk, dook er een oud, vermolmd, eikenhouten kistje op met daarop het teken van de swastika…Eureka? …We forceerden het slot. En daar op de bodem lag inderdaad een brief. Althans wat er van over was. Vocht en onderaards ongedierte hadden al behoorlijk hun vernietigend werk gedaan.
Maar het was onmiskenbaar een in het Duits geschreven tekst met als aanhef An die Führer Die brief hebben we prompt opgestuurd naar het Forensisch Instituut in Rijswijk. Daar zijn ze zeer bedreven in het leesbaar maken van teksten op aangetast papier.
Ongeveer een maand geleden heeft Ben nog eens gebeld, want we hoorden alsmaar niks, naar de wetenschappelijk onderzoeker, met wie we contact hadden gehad. Hij bleek overleden. Van zevenhoog van het balcon van zijn flat gevallen. Zijn opvolger zegt niks van een door ons verstuurde brief te weten. Maar hij zou het nagaan. Weg kan die brief niet zijn! …. Vandaag heeft Ben weer gebeld. Blijkt ook deze onderzoeker zojuist overleden. Van achthoog van het balcon van de flat van zijn vriendin gevallen. Je zou er bijna wat van gaan denken. Maar nee, dat kàn toch niet…wij leven in Nederland, een democratische rechtstaat, en niet in Oost-Europa of in een Zuid-Amerikaanse. bananenrepubliek!.
De onderzoeker aan de telefoon, de opvolger van de opvolger zogezegd, heeft plechtig beloofd de zaak tot de bodem uit te zoeken. Heus, meneer Herbergs, die brief komt boven water! Die kan niet weg zijn!
Wij, Ben en ik, wachten af.

Inmiddels is het mij glashelder welk grafschrift op het graf van Christiaan Lindemans dient te worden aangebracht:

              HIER RUST KING KONG

       Hij wist van de Prins geen kwaad…

En overigens ben ik van mening dat de Prins Bernhardkade opnieuw van naam dient te veranderen.
Het wordt de hoogste tijd dat die straat eindelijk eens naar een fatsoenlijke Nederlander wordt vernoemd.
Ben Herbergskade… dat zou een prima benaming zijn. Dat scheelt tevens in de kosten, want een aantal letters blijft hetzelfde. Helaas, het huidige reglement van de Straatnamencommissie van Rotterdam staat niet toe dat een straat naar een levende persoon wordt vernoemd, uitgezonderd leden van het Koninklijk Huis dan.

Ben opteert nu voor King Kongkade.
Zeg, wat krijgen we nu? Sinds wanneer is een dubbelspion een fatsoenlijk mens?
Ben ik tegen!

Manuel Kneepkens

1) Exhumatie is een burgemeesterstaak, zie de Wet op de Lijkbezorging en de Koninklijke Besluiten van 12 Juni,1951 en 26 Juni 1963.
De exhumatie van Lindemans in 1982 had plaats op één van de meest bloedhete dagen van die zomer van dat jaar.
Exhumatie houdt in, dat de burgemeester ook daadwerkelijk een blik dient te werpen op het opgegraven lijk. Bram kwam daartoe naar Crooswijk… in korte broek! Tot ontsteltenis van de aanwezige nabestaanden van Lindemans aldaar, allen in stemmig zwart gekleed.
Zie: R.J.Hollander, King Kong op Crooswijk, Rotterdam, 1988.

 

Manuel Kneepkens

 

terug «

 


 

Noordermaasberichten

Van tijd tot tijd stuurt Manuel Kneepkens (Heerlen, 1942) ons een bericht vanuit zijn woonplaats Rotterdam

lees alle berichten hier »